Iemand zou je kunnen vertellen dat er iets verwarrends is aan zijn werk. En als hij niet weet hoe hij die verwarring moet oplossen, dan ervaart hij beslist die emotie omdat hij geen manier heeft om het op te lossen. Een verwarring is iets wat geen onmiddellijke oplossing lijkt te hebben.

Als je bijvoorbeeld naar buiten zou gaan en er plotseling een sterke wind opstak die bladeren, papieren en stukjes vuilnis overal heen zou blazen, dan zou dat een verwarring zijn.

Een ander voorbeeld zou zijn als je aan de computer werkt en het scherm plotseling begon te flikkeren en het beeld verdween.

Als je kijkt naar de vele dingen die je in je leven kunnen beïnvloeden en van streek kunnen maken, lijkt het er soms op dat alle moeilijkheden worden veroorzaakt door een soort verwarring. Een werknemer zou zich kunnen realiseren dat er iets gebeurt wat verwarrend is voor hem, maar als hij niet weet hoe hij het moet aanpakken, probeert hij gewoon maar door te gaan en er op de een of andere manier goed doorheen te komen.

Wanneer je een heleboel onopgeloste problemen hebt, komen ze allemaal neer op één grote verwarring. Zo nu en dan kan een werknemer opdrachten krijgen die zo van elkaar verschillen – hem soms zelfs vertellen dat hij het tegenovergestelde moet doen – dat hij heel verward kan raken.

Een moderne fabriek kan dermate slecht worden bestuurd, dat de hele plek één grote verwarring lijkt te zijn – een verwarring die zo groot is, dat er totaal geen manier voor lijkt te zijn om haar aan te pakken en de situatie te verbeteren.

Mensen gaan meestal af op geluk om hen te helpen uit enige verwarring te komen die ze niet kunnen aanpakken. Geluk betekent afhankelijk zijn van iets anders dan je eigen besluitvaardigheid voor wat er in de toekomst staat te gebeuren, waarover je geen controle hebt. Als je het stuur van een auto los zou laten tijdens het rijden en dan maar zou hopen dat met een beetje geluk de auto op de weg blijft, zul je vaak worden teleurgesteld. En zo gaat het ook in het leven. Die dingen die je niet aanpakt en waarvan je gewoon maar hoopt dat het door geluk zal oplossen, lossen zich meestal niet vanzelf op.

Je hebt misschien wel van een vriend gehoord of bij hem gezien dat hij de rekeningen die hij moet betalen gewoon negeert en zijn tanden op elkaar zet in de hoop dat hij een loterij of paardenrace zal winnen en een hoop geld zal binnenkrijgen waarmee al zijn problemen zullen zijn opgelost. Je hebt misschien wel mensen gekend die jarenlang op die manier hun leven leidden. Maar vertrouwen op geluk om je door de verwarring heen te helpen, is hetzelfde als het stuur loslaten en je auto niet meer sturen. De verwarring zal zichzelf niet aanpakken.

Het zou dus verstandig zijn ervoor te zorgen dat je precies begrijpt wat verwarring is en hoe die kan worden aangepakt.

VERWARRING EN HET STABIELE GEGEVEN

Zoals hierboven vermeld, is een verwarring iets wat geen onmiddellijke oplossing lijkt te hebben.

Maar om het een bredere betekenis te geven: ER IS SPRAKE VAN EEN VERWARRING WANNEER ER IETS GEBEURT DAT JE NIET HAD VOORSPELD (DACHT DAT HET ZOU GEBEUREN).

Als je op een drukke verkeersweg zou staan, zou je je waarschijnlijk verward voelen door alle beweging die langs je heen zoeft. Als je in een zware storm zou staan, waar bladeren en papiertjes in het rond zouden vliegen, zou je je waarschijnlijk ook verward voelen.

Is het mogelijk een verwarring feitelijk te begrijpen? Kan een verwarring in delen worden opgedeeld? Ja en ja.

Bijvoorbeeld, als je een receptionist in een groot bedrijf was en er tien telefoontjes tegelijk binnenkwamen, zou je je verward kunnen voelen. Bestaat er echter een oplossing voor dat probleem?

Of, als je ploegbaas was in een werkplaats en je had drie noodgevallen en een ongeluk die allemaal tegelijkertijd plaatsvonden, is er daar een oplossing voor?

Jazeker, die is er ook. Je kunt elke verwarring aanpakken wanneer je eenmaal weet wat een verwarring is en hoe je die moet aanpakken.

Een verwarring is slechts een verwarring zolang alle stukken of delen van iets bewegen. Een verwarring is slechts een verwarring zolang geen enkel deel ervan is begrepen.

Verwarring is de wezenlijke oorzaak van domheid. In de ogen van een dommerik zijn alle dingen verwarrend, behalve de zeer eenvoudige. Dus als je weet waar een verwarring uit bestaat, zou je slimmer zijn, het maakt niet uit hoe slim je al wel niet bent.

Als je ooit iemand iets hebt moeten bijbrengen die niet al te slim was, zul je dit goed begrijpen. Je probeert uit te leggen hoe iets in elkaar zit. Je neemt het door en je neemt het nog eens door en nog eens. En vervolgens laat je hem zijn gang gaan om het te doen en prompt maakt hij er een grote puinhoop van. Hij zegt dat hij “het niet begreep”, of dat hij “het niet snapte”. De simpele waarheid is dat hij verward was.

In 99 procent van de gevallen komt mislukt onderwijs, als het mislukt, doordat de student verward is. Hij is niet alleen verward over wat hij probeert te leren, maar verward in het leven zelf. Wanneer iemand ergens niet in slaagt, komt dat doordat de persoon verward is. Om over machinerie of over het leven van het leven te leren, moet je in staat zijn de verwarring te analyseren en aan te pakken, zodat er voor jou niet langer sprake van een verwarring is.

Bij het aanpakken van een verwarring is er een regel die je kunt gebruiken. Dit wordt het PRINCIPE VAN HET STABIELE GEGEVEN genoemd. Principe betekent een regel of wet, en stabiel gegeven betekent een feit of een stukje informatie of zelfs een voorwerp dat betrouwbaar is en niet verandert. Je kunt het gebruiken om je te helpen orde te scheppen in een verwarring of die zelfs te voorkomen.

Als je een groot aantal papiertjes in een kamer rond zag dwarrelen, zouden ze er als een verwarring uitzien, totdat je één papiertje uitkoos als het papiertje om naar te kijken. Je zou dan zien dat al het andere in de kamer in beweging was. Met andere woorden, een verwarrende beweging kan worden begrepen door één ding uit te zoeken en als bewegingloos voor te stellen.

Je kunt dit zelf doen als je een handvol papiersnippers neemt en die in de lucht gooit. Neem nu een van de snippers en kleur die zwart. Gooi de snippers weer de lucht in en merk de zwarte op. Er lijkt dan minder verwarring te bestaan, want je gebruikt één stabiel gegeven om de rest van de verwarring op af te stemmen (te ordenen).

In een verkeersstroom zouden alle bewegende auto’s verwarrend zijn, tenzij je één auto eruit pikt en besloot dat die bewegingloos was ten opzichte van de andere auto’s. Je zou dan naar de andere auto’s kijken in relatie tot die ene die je uitkoos en zien hoe het verkeer stroomt.

De telefoniste die tien telefoontjes tegelijk ontvangt, lost de verwarring op door te besluiten welk telefoontje ze als eerste gaat aannemen. Het maakt niet uit welke ze als eerste aanneemt. De verwarring van “tien telefoontjes tegelijk” wordt minder zodra zij één telefoontje uitkiest om te beantwoorden.

De ploegbaas die drie noodgevallen en een ongeluk voor zijn kiezen krijgt, hoeft slechts te kunnen beslissen welke hij als allereerste zal aanpakken om te zorgen dat de situatie minder verwarrend is en om de dingen onder zijn controle te krijgen.

Totdat je één stukje informatie, één item, één bepaald ding in een verwarring uitkiest – het stabiele gegeven – zal de verwarring blijven bestaan. Dat ene ding dat je uitkiest en gebruikt, wordt het stabiele gegeven voor de rest van de dingen in de verwarring.

Ieder stukje kennis – laten we bijvoorbeeld nemen hoe je een taart bakt – is opgebouwd vanuit één gegeven. Dat is het stabiele gegeven ervan.

Bij het bakken van een taart, zou het stabiele gegeven kunnen zijn dat wanneer je alle ingrediënten in de oven stopt, het tot een taart wordt gebakken. Als je probeert het stabiele gegeven verkeerd of onjuist te laten zijn, kan alle kennis die je had, verwarrend worden. Als iemand bijvoorbeeld zei dat een oven een slechte zaak was en dat taart niet in een oven gebakken moet worden, dan zou het hele onderwerp verwarrend voor je worden.

Een stabiel gegeven hoeft zelfs niet juist te zijn. Het is eenvoudigweg dat ene ding dat alle andere dingen afstemt en dat voorkomt dat dingen een totale verwarring worden.

Als je iemand leerde hoe een machine te bedienen en als hij jouw instructies niet begreep en opvolgde, kwam dat omdat hij geen stabiel gegeven had. Hij moet eerst één feit begrijpen. Als hij eenmaal dat ene feit heeft begrepen, kan hij andere dingen begrijpen. Iedereen zal in een verwarrende situatie problemen hebben, totdat hij één feit of één ding volledig heeft begrepen.

Verwarringen, hoe groot en onoverkomelijk ze ook lijken, bestaan uit gegevens, wetten, regels of stukjes ergens van. Begrijp één deel of wet of regel en je zult in staat zijn om de verwarring op te lossen. Als je eenmaal hebt begrepen hoe je één deel kunt laten werken, zie je hoe de andere delen werken in relatie tot het ene deel en zul je vat beginnen te krijgen op de verwarring. En door dan andere dingen af te stemmen op wat je hebt begrepen, zul je snel in staat zijn om de verwarring te beheersen en volledig op te lossen.

Wanneer je iemand een machine leert bedienen, stort dan niet een heleboel informatie over hem heen om hem vervolgens op de dingen te wijzen die hij verkeerd heeft gedaan. Dat zou verwarrend voor hem zijn en daardoor zal hij zich dom gedragen. Vind eerst een plek in zijn verwarring om te beginnen, één gegeven. Zeg bijvoorbeeld tegen hem: “Zó start je de machine.”

Wanneer je iemand vindt die verward is, kan het zijn dat alle aanwijzingen gewoon naar hem toe werden geslingerd zonder dat hij ze begreep en hij heeft er daarom geen duidelijk idee van wat de dingen zijn of hoe ze werken. Om zo’n persoon aan te pakken, zou je kunnen beginnen met iets heel simpels, zoals: “Dit is een machine.” Zorg er vervolgens voor dat hij dat zeker weet. Laat hem de machine voelen, ermee spelen, er tegenaan duwen. En je zult verbaasd zijn hoelang dat kan duren, maar ook over hoezeer zijn zekerheid toeneemt. Van alle ingewikkelde of moeilijke dingen die hij moet leren om de machine te kunnen bedienen, moet hij eerst één gegeven kennen. Het is zelfs niet van belang welk gegeven hij eerst leert, zolang hij het maar goed leert. Het is altijd beter om iemand een eenvoudig, elementair gegeven te leren. Je kunt hem bijvoorbeeld laten zien wat de machine doet, je kunt hem uitleggen wat de machine maakt of je kunt hem vertellen waarom hij nu juist is uitgekozen om deze machine te bedienen. Maar je moet hem één basisgegeven duidelijk maken, want anders raakt hij verloren in verwarring.

Verwarring is onzekerheid. Verwarring is domheid. Verwarring is gebrek aan zelfvertrouwen. Als je bij onzekerheid, domheid en gebrek aan zelfvertrouwen aan verwarring denkt, sla je de spijker op zijn kop.

Wat is zekerheid dan? Zekerheid is het ontbreken van verwarring. Wat is intelligentie dan? Intelligentie is het vermogen om verwarring op te lossen. Wat is zelfvertrouwen dan? Zelfvertrouwen is het vermogen om verwarring te doorstaan, te omzeilen of te ordenen. Zekerheid, intelligentie en zelfvertrouwen zijn het ontbreken van verwarring of het vermogen om verwarring aan te pakken.

Hoe past geluk nu bij verwarring? Geluk is de hoop dat je door een gelukkige samenloop van omstandigheden zal slagen. Op geluk rekenen staat gelijk aan verliezen. Het zal je niet helpen succesvol te zijn.